Kies dikke, zachte papiersoorten Gebruik katoenpapier of ander zacht, ongestreken papier van minstens 300–600 g/m². Dat geeft de mooiste indruk en structuur.
Werk met eenvoud en contrast Grote vlakken met inkt zijn moeilijk; typografie, fijne illustraties en lijnen werken juist prachtig.
Hou rekening met drukverdieping (debossing) Minimalistische ontwerpen met veel witruimte laten de indruk beter tot hun recht komen.
Werk vectorieel Altijd ontwerpen in Adobe Indesign of Illustrator, en als vectoriële PDF aanleveren.
Kies steunkleuren (Pantone / PMS) Letterpress werkt niet met CMYK kleuren, maar elke kleur wordt apart gemengd.
Let op lijndiktes en details Minimaal ca. 0,25 pt voor lijnen en ca. 6 pt voor letters, afhankelijk van het papier.
Denk na over register Hoe meer kleuren/drukgangen, hoe lastiger register (nauwkeurige uitlijning). Hou het beperkt.
Maak gebruik van blinddruk (embossing of debossing) Je kunt ook zonder inkt drukken voor een subtiel effect.
Laat voldoende marge Tekst en logo’s niet te dicht bij de rand
👎 Don'ts bij letterpress
Geen grote gekleurde achtergronden. Volvlakken lukken, maar in beperkte mate. Laat de kwaliteit en structuur van het papier spreken.
Geen dun papier Onder de 300 g/m² zie je de indruk vaak aan de achterkant doorslaan.
Geen standaard CMYK-drukwerk Letterpress is geen offset; full-color foto’s zijn niet haalbaar.
Geen te kleine letters of details Ze vullen dicht met inkt of drukken niet mooi af.
Geen glanzend of gecoat papier De inkt hecht niet goed en de indruk komt minder mooi door.
Niet te veel kleuren Iedere kleur vraagt een aparte drukgang = kostelijk
Geen vlakken met uitgespaarde met witte tekst (negatief) De kans is zeer groot dat deze wat dichtlopen.
Geen standaard beeldbestanden (JPG/PNG) Die zijn raster-gebaseerd en leveren geen scherpe drukvormen.